[1896-1970]

Roberto Gerhard

Roberto Gerhard, geboren als Robert Juan Rene Gerhard in 1896 in de buurt van Tarragona (Catalonië), was een Spaans-Catalaanse componist die in studeerde in Barcelona, Wenen en Berlijn en vanaf 1940 in Engeland leefde, alwwar hij, als Engels staatsburger, in 1970 overleed. Gerhards vader was Duits-Zwitsers, zijn moeder stamde uit de Elzas.
Gerhard studeerde piano bij Granados en compositie bij de in Spanje hoog- aangeschreven Felipe Perdrell (de leraar van Granados, Albéniz en De Falla), leraren die de basis legden van het Spaanse karakter, dat in Gerhards werken zo sterk aanwezig is.
Na de dood van Pedrell in 1922, probeerde Gerhard tevergeefs om leerling te worden van De Falla, ook overwoog hij om naar Charles Koechlin te gaan, maar uiteindelijk benaderde hij Arnold Schönberg, die hem tot zijn compositieklas toeliet.
In 1928 keerde hij terug naar Barcelona, waar hij door zijn composities en zijn journalistieke werk tot een belangrijk figuur in het Catalaanse muziekleven werd. Hij raakte bevriend met Picasso en Joan Míro, haalde Schönberg en Webern naar Barcelona en zorgde ervoor dat het jaarlijkse ISCM-Festival in 1936 in Barcelona plaatsvond. Ook verzamelde, publiceerde en speelde hij volksliederen en oude Spaanse muziek van Renaissance tot 18de eeuw. 
Gerhard zette zich tijdens de Spaanse Burgeroorlog in voor de Republikeinen als muzikaal adviseur van diverse overheidsinstanties. Deze werkzaamheden noopten hem het land in 1939 te ontvluchten. Hij vestigde zich in Cambridge (Engeland).
Zijn muzikale 'output' bleef sterk door de Catalaanse traditie beïnvloed, te beginnen met de in 1940 geschreven Symphony in memoriam Pedrell.
De Londonse Covent Garden productie van zijn ballet Don Quixote en de Spaanse opera (naar een Engels libretto van Sheridan) The Duenna, bezorgden hem in Engeland grote bekendheid, maar in Spanje werd hij nog steeds genegeerd.
Naarmate de jaren vorderden, gebruikte Gerhard in zijn composities meer serialistische technieken (Schönbergse invloeden), waardoor hij zich tot de Engelse avant-garde mocht rekenen.
Vanaf de jaren 50 leed Gerhard aan hartproblemen die uiteindelijk tot zijn door lijdden.