George Szell
Georg Szell (Boedapest, 7 juni 1897 - Cleveland, 30 juli 1970) was een Amerikaans dirigent van Hongaarse afkomst.
Hij debuteerde op 10-jarige leeftijd als pianist en componist in Wenen, de stad waarin hij was opgegroeid. Korte tijd later veroverde hij Londen, waar hij werd verwelkomd als 'de nieuwe Mozart'.
In Wenen had Szell piano en compositie gestudeerd (o.a. bij J.B.Foerster). Na zijn Engelse debuut volgde hij enige maanden een compositiecursus in Dresden bij Max Reger. Over zijn uiteindelijke levensbestemming verkeerde hij aanvankelijk in het ongewisse (hij wilde een 'allround musician' worden), al dacht hij vanaf zijn 13de ook al aan dirigeren.
Deze droom werd pas vijf jaar later realiteit na een ontmoeting met Strauss' assistentdirigent Leo Blech, van wie hij naar eigen zeggen immens veel leerde.
Strauss nam hem vervolgens zelf onder zijn hoede (Szell werd repetitor aan de Opera van Berlijn) en vanaf dat moment stond zijn bestemming vast.
Tot componeren kwam hij niet meer, maar zijn dirigentencarrière bracht hem wereldroem.
In 1930 dirigeerde hij voor het eerst Amerikaanse orkesten, in 1933 het Haagse Residentieorkest, in 1936 het Concertgebouworkest en in 1941, op uitnodiging van Arturo Toscanini, het New Yorkse NBC Orchestra.
Szell was van 1946 tot zijn dood chef-dirigent van het Cleveland Orchestra, maar trad tot 1966 ook regelmatig als gast-dirigent op bij het Concertgebouworkest.
Als pianist/componist trad Szell al in 1908, als 11-jarige, in de openbaarheid. Hij schreef onder meer een Symfonie in Es, een Pianoquintet in D, een Rondo voor piano.
Naast eigen composities, schreef Szell ook bewerkingen van bekende werken uit het klassieke repertoire.
WH